Westfrisiaweg krijgt zuidvariant

De Stuurgroep Westfrisiaweg heeft in oostelijk West-Friesland gekozen voor de zuidvariant van de Westfrisiaweg en de afspraken vastgelegd in een regioakkoord. De bestuurspartners brengen samen minimaal 170 miljoen euro op. Het gaat om het traject Alkmaar - Enkhuizen. Dit is het Noord-Hollandse deel van de gewenste verbinding N23 (Alkmaar-Zwolle), die de kop van Noord-Holland een verbeterde verbinding moet geven met Oost-Nederland en Duitsland.

Dit regioakkoord wordt nu ter goedkeuring voorgelegd aan de 13 betrokken gemeenteraden, Provinciale Staten, het Hoogheemraadschap en het georganiseerd bedrijfsleven. Na goedkeuring is het akkoord bindend voor partijen en het vertrekpunt voor de aanvraag van rijkssubsidie. De gesprekken daarover met het Rijk zijn al begonnen. De definitieve keuze voor het detailontwerp en de financiering worden vastgelegd in een realisatieovereenkomst.

Den Haag aan zet
Den Haag heeft aangegeven te willen meedenken met de regio, onder voorwaarde dat de regio éérst zelf ondubbelzinnig duidelijk maakt welk tracé zij kiest en wat zij daaraan zelf kan bijdragen. Na jaren van planvorming en discussies is aan deze voorwaarde nu voldaan. Den Haag is nu aan zet.

De gemeente Drechterland neemt definitief een minderheidsstandpunt in met haar keuze voor een noordvariant langs de huidige Drechterlandse weg naar Enkhuizen. Niettemin zal ook Drechterland haar financiële bijdrage leveren, nu de overgrote meerderheid van de partners kiest voor een westvariant (een nieuwe weg met onderdoorgangen westelijk van Hoogkarspel). Daar staat tegenover dat Drechterland haar eisen voor een adequate landschappelijke inpassing hiermee direct kan inbrengen. Het gemeentebestuur van Langedijk zal op dinsdag 23 oktober haar definitieve standpunt bepalen. De gemeentebesturen van Stede Broec en Medemblik zullen dat op dinsdag 30 oktober doen.

Tracékeuze en inspraak
Het schetsontwerp wordt komend jaar uitgewerkt tot een meer gedetailleerd ontwerp. Dit gebeurt in samenspraak met lokale autoriteiten en bewoners om de best mogelijke vormgeving en inpassing te kiezen. Dit detailontwerp vormt dan de basis voor een provinciaal bestemmingsplan, een nieuw instrument om onder andere bovengemeentelijke infrastructuur planologisch te regelen. Op dit provinciaal bestemmingsplan, samen met een gedetailleerd milieu effect onderzoek, is in 2008-2009 nog inspraak mogelijk.

Uitgangspunten voor het gekozen schetsontwerp zijn:
* Zoveel als mogelijk gebruik maken van bestaande infrastructuur.
* Aanleg als stroomweg, om de doorstroming te verbeteren en de verkeersveiligheid te vergroten (o.m. door ongelijkvloerse kruisingen en parallelwegen).
* Aandacht voor langzaam (fiets- en landbouw-) verkeer.
* Ruimte scheppen voor ontwikkeling en verfijning van regionaal openbaar vervoer.

Sommige onderdelen moeten volgend jaar nog nader worden uitgewerkt in een detailontwerp. Het Regioakkoord is het regionaal vertrekpunt voor het gesprek met het Rijk over het verkeersprobleem en de bijbehorende oplossing.
Een aantal keuzes is bij het schetsontwerp gemaakt. Meest in het oog lopend was de afweging tussen een noordelijke en een westelijke tracévariant bij Drechterland en Enkhuizen.

De stuurgroep heeft uiteindelijk in meerderheid voor de westelijke variant gekozen (een doorsteek westelijk bij Hoogkarspel), omdat
* Het concept van de Bandstad met een feitelijke ringweg het beste is gediend.
* De rondweg om de Bandstad de meeste ruimte biedt voor groei van wonen en werken.
* Het sluipverkeer in de kernen aldus het beste kan worden tegengegaan
* Een doorsnijding van de zaadindustrie bij Enkhuizen, met op termijn daar een mogelijke 4-strooksweg stroomweg met ongelijkvloerse kruisingen, een grote bedreiging vormt voor het behoud van Seed Valley voor de regio.
* Een onderdoorgang van de linten en het spoor bij Hoogkarspel technisch en financieel mogelijk is en landschappelijk goed kan worden ingepast.

Kosten en financiering
De totale kosten van het project worden op basis van het schetsontwerp geraamd op 350 à 400 miljoen euro.
Ter dekking van deze kosten dragen de gemeentelijke partijen gezamenlijk in totaal ongeveer 70 miljoen euro bij. Iedere gemeente bepaalt zelf hoe zij haar bijdrage zal innen. Zeker is dat geplande en te bouwen woningbouwlocaties en bedrijventerreinen te maken krijgen met een opslag op de vierkante meterprijs. Hierover zijn afspraken gemaakt met het georganiseerd bedrijfsleven, dat op deze wijze een flink deel bijdraagt aan de dekking.
Het Hoogheemraadschap draagt een nog nader te bepalen bedrag bij, te baseren op het aantal voertuigen dat de provinciale weg vanaf een waterschapsweg betreedt. Dit is bestendig beleid van de provincie inzake cofinanciering van aansluitingen op provinciale wegen.

De provincie heeft een eerste eigen bijdrage van 100 miljoen gereserveerd en zal in overleg met het Rijk haar bijdrage verder specificeren. De provincie is de partij, als eigenaar en beheerder van de nieuwe N23, die uiteindelijk het risico loopt bij tekorten in de dekking of kostenoverschrijdingen.

Planning
Het Regioakkoord wordt, na onherroepelijke vaststelling ervan door de bestuurspartners, begin volgend jaar aangeboden aan de minister van Verkeer en Waterstaat. Evenals een Maatschappelijke Kosten Baten Analyse (MKBA), die de maatschappelijke effecten van deze investering in kaart brengt. Vooropgesteld dat deze MKBA een positieve uitkomst te zien zal geven, zal het ministerie van V&W zich in de loop van 2008 een eigen oordeel vormen over het verkeersvraagstuk en de doelmatigheid van het ontwerp. Op basis van haar eigen conclusies zal het ministerie bepalen of dit project in aanmerking komt voor een rijksbijdrage.

Als deze ’horde’ is genomen, zal een uiteindelijke realisatieovereenkomst tussen Rijk en regio de definitieve basis vormen voor het feitelijke bouwbesluit. Een start van de bouw wordt voorzien voor de tweede helft van 2010.