Nog slechts enkele dagen resten ons tot de verkiezingen. De mensen achter de namen op alle twaalf lijsten zijn gelukkig niet de enigen die het nodig vinden dat zoveel mogelijk mensen naar de stembus gaan. Er moet gestemd worden. Vroeger moest dat echt. Toen was ter stemlokaal gaan verplicht. In het besef dat democratie dient te behoren tot de grote vrijheden die een samenleving leefbaar maken is die verplichting eraf gegaan. Wanneer iets verplicht wordt door de overheid, zo hebben wij onlangs nog kunnen leren toen er ziekte werende prikken werden uitgedeeld, dan doe je het natuurlijk expres niet. Wanneer we het niet verplicht stellen, dan willen we juist wel, is de gedachte.
De opkomstplicht die in ons land bij wet werd afgeschaft doordat op 19 februari 1970 het wetsvoorstel van minister Beernink daartoe met 91 tegen 15 stemmen werd aangenomen, heeft ervoor gezorgd dat de dwang verdween en het eigen verantwoordelijkheidsbewustzijn werd aangesproken. Dat resulteerde bij de eerste verkiezingen daarna tot een opkomst rond de 70%. Dat hield dus in dat het niet gaan stemmen voor 30% werd ervaren als een verworven vrijheid. Die percentageverhouding is langzamerhand verworden tot een steeds kleinere groep Nederlanders die de moeite willen nemen mee te beslissen wie er over hen de baas gaan spelen.
Mag je die mensen die niet gaan stemmen labbekakkers noemen? Ja hoor, ga rustig je gang. In 1611 schreef iemand: ‘dese labbekacken halen ellick-ien by de naars op ‘ (deze babbelaarsters spreken over iedereen kwaad). De argumenten van de niet-stemmers (wanneer überhaupt al moeite wordt gedaan om niet stemmen te verantwoorden) hebben veelal te maken met vermeende onmacht. Het maakt helemaal niks uit, of je nou gebeten wordt door de hond of de kat, heb ik wel eens horen zeggen. Ze gaan toch gewoon hun eigen gang zegt, de ongehoorde thuisblijver.
Er zullen gerust mensen zijn die hebben doorgeleerd en dan toch nog de verklaring zoeken in het doen en laten van de politici zelf. Ik zal de laatste zijn, die zich niet verbaast over het circus dat politici hier en daar en af en toe kunnen maken van het bestuurlijke werk. Er zijn gemeenten waarin raadsleden zich meer bezig houden met elkaar te bestoken met argumenten en raadsinstrumenten en zo het belang van hun gemeente uit het oog verliezen. In die gemeenten zouden de burgers juist serieus werk moeten maken van het stemmen op de politici die zich daarin nog het normaalst en het meest gericht op de gemeentebelangen hebben gedragen. Democratie is het bezit van de bevolking, niet van de politici.
In Hoorn hebben we een raad gehad waar steggelen over dingetjes een vaste plek kreeg. Gelukkig is daar niet alle tijd aan opgegaan. Er zijn ontroerende momenten geweest van saamhorigheid. Door de coronamaatregelen moest veel relativerende nakeuvelen lange tijd worden gestaakt. Toch slaagden veel fracties erin om onder moties en amendementen meerdere handtekeningen van fractievertegenwoordigers te krijgen. Het kon slechter. Laat ik zeggen dat voor de raadsverkiezingen in Hoorn te weinig rechtvaardiging bestaat om maar niet te gaan stemmen.
Natuurlijk is het helemaal in orde wanneer mensen in hun dagelijkse activiteiten nauwelijks aandacht kunnen vrijmaken om de politieke gang van zaken te volgen. Politiek begint vaak pas te leven bij een misstand in de eigen leefomgeving. Zolang daar weinig mis is, kan men de aandacht gewoon blijven vestigen op de verrichtingen van de voetbalclub, van Max Verstappen en de bullebakken van The Voice.
Vroeger zag men iets vaker partijposters tegen ramen geplakt zitten. Tegenwoordig zweeft het merendeel van de kiezer en tracht men die mensen via een stemwijzer te laten landen bij een partij die soms tot hun stomme verbazing het best bij hun argumenten en gevoel passen. Als overtuigd agnost kwam ik zo bij de ChristenUnie uit, toen bij uitpluizen van de vragen bleek dat er maar weinig gingen over medisch-ethische kwesties en winkelopening op de zondagen.
We hebben echter ook partijen die een totaal andere kijk hebben op wat het merendeel van de bevolking ziet als de werkelijkheid. Hebben we zo’n wappiepartij in Hoorn? Ik weet het niet. Misschien is er een partij die de stemmen van die wappies graag wil hebben. Er is één Hoornse partij met een website die geheel bestaat uit geel gekleurde pagina’s. Toevallige keuze? Daar kun je in alle vrijheid zelf een oordeel over kiezen.
De inhoud van de column is uitsluitend voor rekening van de auteur. HoornRadio/HoornGids is niet ge- of verbonden aan een politieke partij of welke politieke richting dan ook, maar geheel autonoom, onafhankelijk en ongebonden.