HOORNGIDS | Intermaris, Huurdersorganisatie De Boog en de gemeente Hoorn willen aan de prestatieafspraken die voor de periode 2016-2021 zijn gemaakt nog iets toevoegen. In een hernieuwde prestatieafspraak die voor 2020 moet gelden zullen er meer sociale huurwoningen worden gebouwd en worden bestaande woningen meer verduurzaamd, energiezuiniger en in kwetsbare buurten de leefomgeving verbeterd. De raad wordt gevraagd met het voorstel in te stemmen, zodat de betrokken partijen verder kunnen.
De ambitie op het gebied van energietransitie is dat Intermaris de bestaande woningen in 2020 op label B wil brengen en in 2030 op label A. In de woonvisie van 2015 heeft de raad al laten vastleggen dat het doel is: het waarborgen van een goede beschikbaarheid aan betaalbare woonruimte en een eerlijke verdeling hiervan. Dit jaar is voor een nieuwe woonvisie door de raad gekozen voor ‘meer stad worden’. Hoorn moet een leefbare en vitale stad worden. Momenteel dreigt Hoorn meer te vergrijzen en te ontgroenen. De stad moet zich blijven ontwikkelen door aandacht voor stedelijke voorzieningen, meer bedrijvigheid en aantrekkelijke woonwijken.
Intermaris vreest echter dat het bouwen van 250 extra woningen, zoals overeengekomen in het overleg voor 2021 in gevaar komt. Niet alleen door de verplichte afdracht aan het Rijk, maar ook doordat procedures langer duren dan gehoopt. De huidige voorraad sociale huurwoningen zal eerst afnemen en later weer toenemen.
Tot 2030 denkt Intermaris minimaal 435 nieuwe woningen te kunnen toevoegen. Er zal ook aandacht zijn voor de middenhuur woningen. Aan de wens om al in 2022 toe te komen aan de uitbreiding van 250 naar 450 woningen zal Intermaris niet volledig tegemoet komen. Hoorn zal de aanloopprocedure moeten versoepelen, zodat Intermaris voor 2021 dichter bij het realiseren van de afgesproken 250 woningen kan komen.
In de raadsvergadering werden twee moties ingediend die dit onderwerp betreffen. In de eerste motie wordt gepleit voor meer verkoop van sociale huurwoningen, zodat Intermaris geld genereert om nieuwbouw van sociale huurwoningen te kunnen bouwen. Zo wordt ook beter voorzien in de behoefte aan goedkopere koopwoningen en de zittende huurders krijgen bij voorrang de kans om hun woning te kopen. De fracties van CDA, GroenLinks, VOCHoorn, ChristenUnie en D66 waren de indieners.
In een tweede motie wordt juist gevraagd om minder sociale huurwoningen te verkopen, omdat het nu hard nodig is en de wachtlijst verder oploopt. Het bouwen van nieuwe woningen kost tijd. Bovendien zijn er voor de reeds verkochte woningen gedurende 15 jaar nog geen enkele extra woning is gebouwd en het nog de vraag is of voor de nog te verkopen woningen evenveel nieuwe woningen voor de sociale woningverhuur zullen worden terug gebouwd. Sociaal Hoorn, PvdA, Fractie Tonnaer, en fractie Danny Verdonk waren hiervan de indieners.
Een derde motie vraagt om in 2020 te starten met een pilot Housing First in Hoorn. Hiermee worden woningen beschikbaar gesteld voor daklozen. Gevraagd wordt om te beginnen met minimaal vijf woningen voor deze groep. De indieners, de fracties van ChristenUnie, HOP, VOCHoorn en PvdA hopen hiermee de druk op de instroom te verminderen. Wethouder Marjon van der Ven staat sympathiek tegenover het idee van Housing First en zegt dat Hoorn er al mee bezig is voor zover dat nu haalbaar is. Ze meent dat de motie niet nodig is.
De eerste motie waarin wordt aangedrongen op meer verkoop van sociale huurwoningen wordt met meerderheid van stemmen aangenomen. De andere motie, die tegen verkoop is, werd afgewezen. De motie over Housing First werd ingetrokken.
Het voorstel van het college kreeg de instemming van een grote meerderheid van de raad.
