CDA wil sociaal raadslieden in Hoorn

Per 1 mei aanstaande sluit het bureau rechtshulp aan de Molsteeg (aanvankelijk was dat 1 april). Dat betekent dat de laagdrempelige rechtshulp in Hoorn verdwijnt of in ieder geval sterk wordt ingekrompen. Voor het CDA in Hoorn is dat onacceptabel. Bij de gemeenteraad van 1 februari dient het CDA daarom een initiatiefvoorstel in om sociaal raadslieden in te stellen in Hoorn. Sociaal raadslieden helpen cliënten kosteloos met sociaal-juridische problemen.
Overigens zijn in alle gemeenten in Noord-Holland met meer dan 50.000 inwoners op dit moment sociaal raadslieden actief, behalve in Hoorn.

Uit het voorstel van het CDA:
”Het CDA gelooft in de kracht van de samenleving. Veel potentiële juridische problemen worden ook door mensen onderling opgelost binnen hun gemeenschappen. Dat neemt niet weg dat mensen vaak vastlopen in wetten en regelingen. Dat brengt mensen in een kwetsbare positie.
Gezien al het voorgaande vindt het CDA dan ook dat de gemeente Hoorn haar verantwoordelijkheid moet nemen door het instellen van sociaal raadslieden. Dat is vooral nodig voor groepen ouderen, allochtonen, lager opgeleiden, uitkeringsgerechtigden en analfabeten.
Wat het CDA betreft hebben we het zelfs over een sociale basisvoorziening. Het feit dat vele gemeenten er ondanks het huidige financiële klimaat in blijven investeren geeft dat ook aan. Immers: het hebben van rechtsregels en voorzieningen voor kwetsbaren en minder bedeelden is mooi, maar dan moeten die regelingen en wetten wel toegankelijk en hanteerbaar zijn voor degenen voor wie ze gemaakt zijn: de burger. Juist het toegankelijk maken is voor het CDA een vorm van solidariteit.
Wij stellen voor dat de raad van Hoorn uitspreekt dat het wenselijk is om sociaal raadslieden aan te stellen in Hoorn en het college vraagt om:
Mogelijkheden te onderzoeken voor het aanstellen van sociaal raadslieden in Hoorn, waarbij nadrukkelijk ook wordt gekeken naar dienstverlening in de wijken en de bereidheid van andere West-Friese gemeenten om te participeren.
En hierover binnen twee maanden te rapporteren.”