CDA wil openheid over locatie schoolcampus

Waar komt de campus? Onlangs heeft de Hoornse politiek kennis genomen van het plan om ruim 5000 middelbare schoolleerlingen te huisvesten op één campus. Over een mogelijke locatie staat nog niets in de plannen. De Hoornse CDA-fractie vindt dat dat wel moet. De locatie moet meteen bij de plannen en de discussie betrokken worden.
Immers, als er geen geschikte locatie is, dan gaat de campus gewoon niet door. Daar moet dus zo snel mogelijk duidelijkheid over komen. Bovendien is het een kwestie van transparant bestuur om de burgers inzicht te geven in je plannen. Het CDA kan zich namelijk niet voorstellen dat het college niet allang heeft nagedacht over mogelijke locaties.
De CDA-fractie heeft schriftelijke vragen gesteld aan het college. De vragen leest u hieronder.



Aan: het College van Burgemeester en Wethouders van Hoorn
Cc: belanghebbenden, raadsleden, media
Datum: 4 oktober 2004
Betreft: Art 37-vragen met betrekking tot het IHP-VO



Geacht college,

Onlangs hebben wij uw Integraal Huisvestingsplan voor het Voortgezet Onderwijs (IHP-VO) ontvangen. Uit het begeleidend schrijven hebben we begrepen dat van de Raad een richtinggevende uitspraak wordt verwacht: wel of niet verder werken aan een Campus, waar (plm.) 5.100 leerlingen onderwijs kunnen volgen. Vervolgens heeft u uw plan gepresenteerd aan Raadsleden op 15 september jl.

Gezien het grote belang van dit onderwerp is het CDA-Hoorn voornemens om hierover uitvoerig van gedachten te wisselen met leden, belangstellenden en deskundigen. Dan willen we kunnen spreken over alle aspecten die verband houden met de (on)mogelijkheden van kwalitatief voortgezet onderwijs op één campuslocatie. Dus zullen we spreken aan de hand van bepaalde uitgangspunten, zoals de belangen van leerlingen en ouders, leraren, de keuzevrijheid, de voor- en nadelen van schaalvergroting- en verkleining in het algemeen, maar ook het belang van de volksgezondheid, sociale veiligheid, verkeersveiligheid en niet te vergeten de consequenties voor de leefbaarheid/leefomgeving in danwel rond de beoogde locaties van de campus in het bijzonder. Dit is dus een ander vertrekpunt dan bijvoorbeeld efficiëntie.

Als het aan uw College ligt zou het CDA nu echter een zogenaamde stel-dat discussie moeten voeren, want u heeft tot onze verbazing nagelaten kenbaar te maken op welke locatie(s) de door u beoogde campus volgens uw College gerealiseerd kan worden. Met andere woorden: we mogen discussiëren of en waarom we in Hoorn zo’n campus eventueel al dan niet willen, maar of het er daadwerkelijk ooit van komt?

College, het CDA wil niet achter zo’n rookgordijn spreken met onze burgers. Of je bespreekt een plan met kop, middenstuk en staart – dus ook met mogelijke locaties en het benodigde aantal vierkante meters – of je spreekt er (nog) niet over omdat de tijd er niet rijp voor is. Het CDA vindt bovendien dat te zijner tijd het niet zo mag zijn dat bewoners van de wijk waarin uw College een campus zou willen vestigen, het gevoel kunnen krijgen dat er wellicht sprake is geweest van struisvogelpolitiek. Met andere woorden: wees transparant over uw plannen, daar hebben onze burgers recht op, en zeker de burgers die in de buurt wonen van de eventuele locatie.
Het is bovendien zonde van de tijd van menigeen om je met zo’n thema uitputtend bezig te houden, terwijl het er mogelijk nooit van komt omdat kan blijken dat er eenvoudig weg geen geschikte locatie is.

Een belangrijk ander aspect is dat het CDA vindt dat “de politiek” (de gemeenteraad) in alle vrijheid en openheid over een mogelijke locatie moet kunnen spreken. Als de Raad eerst uitspreekt dat ze een campus wil en na een tijdje blijkt dat er maar één of twee locaties mogelijk zijn, dan is die vrijheid heel klein. Het is de vraag of de politiek dan niet te makkelijk heenstapt over nadelen die aan de locatie kleven of mogelijke bezwaren uit de buurt. Immers, als het project eenmaal loopt, is het heel lastig om de zaak alsnog te annuleren; dan “moet” het doorgaan. Het is voor het CDA juist een kwestie van transparant politiek bedrijven om de locatie direct te betrekken bij de discussie. De raad kan dan op een open manier een eerlijke beslissing nemen, waarbij iedereen weet waar hij aan toe is, óók de omwonenden.

U begrijpt dat de CDA-fractie u nu gaat vragen om meer informatie hierover. Nu zou u ons formeel kunnen antwoorden dat uw College nog geen besluit heeft genomen over de gewenste locatie voor een campus, maar dat zou heel flauw zijn! Want u heeft er ongetwijfeld over gesproken in een collegevergadering. De CDA-fractie kan zich namelijk niet voorstellen dat dit, gelet op de zeer schaarse grond in Hoorn, niet het geval kan zijn.

Samengevat vraagt de CDA-fractie u het volgende:

1. Hoeveel vierkante meters zijn er nodig voor een campus van de door u beoogde omvang?

2. Aan welke criteria moet een locatie wat uw College betreft voldoen?

3. Op welke locaties is het volgens uw College mogelijk om zo’n campus te realiseren en welke zou volgens u het beste voldoen aan de criteria?

Uw antwoorden zien wij gaarne binnen de gestelde termijn tegemoet.

Hoogachtend,
Namens de CDA-fractie,


Michiel Pijl en Johan van der Tuin